Vorige week zondag was weer zo'n mooie dag dat ik mee mocht wandelen. Ik stond hele dagen bij het hek, lekker mensen kijken, varkens plagen, neus poetsen en een paar keer per dag overleg met alle buurezels. Aan de overkant wonen er ook ergens een paar. Samen met de buurezels staan we sterk in het verhalen opdissen. Niet dat ik gehoord of begrepen word hoor, want ik heb het over vreemde dingen, balken ze. (Over wat ik zie. Dat zijn twee-potigen, kippen, varkens en katten.)
Ik moest aan het halster en blijven lopen. Mocht niet eens grazen, zo een kwartiertje. Of de hele middag. Dus ruk ik me los. Vreemde twee-potigen, wandelaars, doen het touw door een ring van het halster en bellen Tien, maar waar ze uithangen? hebben ze geen connectie. Later krijgen ze me te pakken, een prachtspel, want met z'n vijven is het nog moeilijker.
Ik begin echt knorrig te worden van dat brave gewandel zonder grazen. Zodra ik in het dorp ben en allemaal nieuwe dingen zie, hoor en ruik, moet ik aan de ring in de rotswand. Wachten.
Ik hoor Tien en de anderen lachen en kletsen en een hondje blaffen en ruik heerlijke bloemen en andere dieren. (Konijnen in kleine hokjes, begrijp ik later.) Dus daar is de lol snel af. Ik balk, zie dat blonde hoofd om de hoek dat ook weer verdwijnt. Dan baal ik als een varkensdrol in de zon en schijt de straat onder. Ik krijg er potdories ter plekke diarree van!! Das toch niet normaal!
Ezelherses werken niet zo snel, dus pas als ze me losmaken begrijp ik dat de consternatie in de zon voor niets is geweest, mijn energie verspild die ik nodig heb om naar huis te lopen. Ik baal, vreselijk. Uitgeput thuis aan het hooi.
De dag erop komen mijn verzorgers, plus die anderen, takken verbranden die ik niet op wilde eten. Er is heel de winter genoeg te knabbelen geweest in het bos. Dat gebeurde bij onze stal. (Meer de stal van de varkens, die watjes willen op een bedje binnen liggen.) Dus een groot vuur waar ik verre van weg bleef. Ik moet er niets van hebben. Wat er van rest juist wel; mijn stofbaden waar ik zo van geniet. Geen teek die het leuk vindt op mij en het houdt ook vliegen weg. Dus wacht ik rustig tot de ochtend, wanneer het licht begint te worden en ik in sluimertoestand m'n helling af kom struinen richting de stal. Ik wordt daar graag wakker mag je weten.
Daar ligt dus die vlakte as waar wel 2 ezels in passen. (Jaja, ik kan al tot twee tellen. Er zijn dus twee varkens, 2 katten, 2 kippen en 2 twee-potigen. Er is maar 1 hond, daarom kan ik al een beetje tellen.) En ik betreed mijn nieuwe verse schone onbetreden bad. Lekker warm nog. Ik schraap wat met de hoeven en zwaar vergenoegd met mijn staart. Zodra ik een knie in de as leg, gaat de rest van mijn lijfje mee, PLOEFFF, bries.
Ehm.....
Beeeetje te heet ja!!
Heet?
Oei wat stinkt dit. Alsof ik een everzwijn ben dat aan Obelix denkt te kunnen ontkomen, spring ik op en uit het bad. MERDE %@#!&*%^$#@!put%$@!#%!!
Ben ik op hete kolen gaan liggen verstopt onder de as. Had ik effe niet in de gaten. Ik was snel, maar wel de puntjes van mijn vacht foetsie en gelig vies. Bah! Tien ziet het direct tijdens het knabbelen op mijn ochtendwortel en borstelt mijn poten zachtjes uit. Ik ben het daarna alweer vergeten hoor.
Gewoon mijn oude vertrouwde zelf. Gewoon weer zo uit mijn doen, obstinaat zo je wilt lezen, dat ik Marc voluit probeer te trappen. Er zat alleen een volle emmer varkensvoer tussen die ik zo hup 1-2-3 10 meter verderop de helling af laat lazeren. Hij mazzel, de varkens pech. Maar die sullige tanks op hoeven zijn me iets te gortig na de zoveelste dag huisarrest. Ik heb me tenslotte misdragen door op het pad naar het huis van dorpsoudste Felix een mestbrij met pies achter te laten.
Nu begin ik door te hebben dat er met de baas ook niet zo te spotten valt. Die kan goed boos op me worden, pakt me soms hard bij de neus.
Ik ben gewoon lenteachtig nerveus. Sta steeds met een stijve piemel, maar snap er niet veel van. De varkens zijn een paar dagen achter elkaar ontsnapt. Ut wordt tijd dat ze geslacht worden en alsof ze het weten... Rond hun etenstijd zijn ze ultra-nerveus en ik wil ook meesnoepen natuurlijk. Daarom krijg ik dan een halster om en zodra ik ook bij de schotel ben (de baas heeft een schotel op een autoband gevuld met zand gemonteerd als trog) word ik verzocht mee te lopen naar beneden waar ik naast de stal wat hooi krijg. Hoogtepunt voor die blonde snuiten, elke dag weer.
Maar goed. Ik word wel wat inniger met die twee nu ik huisarrest heb.
Ik geniet volop van de lente. De zon, de stofbaden, beetje mee wroeten met de varkens, kipjes uit mijn mest jagen als ik dat getok zat ben en neuzen met Merlin. Die is al wat weken snotverkouden, arme ziel. Maakt hem niet minder zacht en lief. Nog even, dat huisarrest. Ik red me wel :-)
foto's van Réné & Kairi Whitfield
Geen opmerkingen:
Een reactie posten